Ramon van Flymen: “Ik heb geen glorieus verhaal. Ik ben het gewoon gaan doen”

Gewoon doen en niet te veel nadenken. Met die mindset is Ramon van Flymen (1997) drie jaar geleden begonnen met de nieuwsfotografie. Met succes. Diverse keren werd hij genomineerd voor de Zilveren Camera.

Vier jaar geleden hield Ramon van Flymen zich helemaal niet bezig met fotografie. Hij wilde professioneel tennisser worden. Daarvoor had hij een scholarship gekregen bij de Eastern Kentucky University in de Verenigde Staten. In zijn derde jaar zag hij in dat professioneel tennisser het niet ging worden. Wat wilde hij dan doen? Fotografie, het oude beroep van zijn vader en bekende fotograaf Barton van Flymen, zou dat wat zijn?

Ja. Was het antwoord. In zijn laatste jaar kocht Ramon een camera en begon met veel enthousiasme te fotograferen. Zo ging hij foto’s maken voor de universiteitskrant. “Ze werden daar volgens mij helemaal gek van mij, want ik kwam daar steeds weer langs met ideeën over wat ik wilde gaan fotograferen.”, vertelt Ramon.

Gaandeweg heeft Ramon zichzelf leren fotograferen en werkt tegenwoordig in opdracht voor het ANP en Financieel Dagblad. Zijn werk viel meerdere malen in de prijzen voor de Zilveren Camera. Dit jaar werd hij eerste in de categorie ‘Nieuws Enkel’ met een foto van gedupeerde ouders en kinderen van de toeslagenaffaire.

In Ramon’s studentikoze woning in het centrum van Amsterdam, waar in de woonkamer als decoratie een grote foto, gemaakt door zijn vader, hangt, vertelt Ramon over het moment dat hij begon met het nieuws fotograferen. Dat was op een zaterdagochtend in 2019. Ramon was vanuit de VS net terug in Nederland en bij zijn ouders ingetrokken in het Noord-Hollandse Edam. Op die zaterdagochtend werd Ramon gebeld door zijn vader met de boodschap dat hij Geert Wilders had zien flyeren in Volendam.

“Pak mijn camera. Je moet nu komen en fotograferen! Zei mijn vader aan de telefoon”, vertelt Ramon. “Moet dat nou? Zei ik. Ik had er helemaal geen zin in. Het was zaterdagochtend en ik lag lekker in bed. Maar mijn moeder zei dat ik gewoon moest gaan en toen ben ik uiteindelijk in Volendam Geert Wilders gaan fotograferen.”


Hoe was dat?

“Ik was gelijk verkocht. Het was zo leuk om tussen de professionele fotografen te kruipen. Sindsdien ben ik bijna elke dag gaan fotograferen. Dat was het keerpunt dat ik de journalistieke fotografie in ging.”

Kun je beschrijven hoe je je toen voelde?

“Als tennisser leefde ik heel erg in mijn eigen bubbel. Ik wilde alleen maar tennissen. Tussendoor ging ik even naar school en sprak ik met vrienden af. Ik was totaal niet geïnteresseerd in dingen buiten mijn bubbel. Ik las nooit het nieuws. Bij Wilders was het de eerste keer dat ik echt in het nieuws stapte. Normaal zie je hem alleen op televisie en nu zie je hem in het echt. Het gaf een beetje het gevoel van spanning dat je ineens in het nieuws staat.

Na Wilders ben ik eigenlijk nooit meer gestopt met fotograferen. Ik ging naar demonstraties of ik ging dingen die ik op straat tegenkwam fotograferen. Op een gegeven moment kreeg ik een account bij Hollandse Hoogte en kon daar mijn portfolio laten zien. Dat bestaat inmiddels niet meer en is onderdeel van het ANP geworden. De foto’s op Hollandse Hoogte waren een goede exposure. En iedereen kent mijn vader natuurlijk dus mensen zeiden steeds: oh jij bent de zoon van.”


Hoe ben je bij het ANP begonnen?

“In de zomer van 2019 werd ik door het ANP gebeld of ik naar Schiphol kon gaan. De brandstof kon vanuit de containers niet de vliegtuigen in, met als gevolg veel vertraging en gestrande reizigers. Toen ik werd gebeld, was ik hier in Amsterdam. Er was een hittegolf en ik was leuke kiekjes aan het maken van mensen die in het water sprongen en dergelijken. Ik zag eruit als een toerist met mijn korte broek en T-shirt en helemaal bezweet. Moet ik zo nou professioneel gaan fotograferen? Dacht ik. Maar ik ben gegaan. En blijkbaar is het in de smaak gevallen want een maand later belden ze nog een keer.”


Wanneer ik op gevoel fotografeer dan wordt het vaak beter dan wanneer ik er te veel over nadenk


Is er een fotograaf die jou heeft geïnspireerd?

“Wat dat betreft heb ik helemaal geen glorieus verhaal. Ik ben het gewoon gaan doen. Hoofd op nul en gaan met die banaan. Nu probeer ik wat meer over de fotografie na te denken. Eerst ging het bij mij alleen om of het een mooie foto is of niet. Nu houd ik mij ook meer bezig met de inhoud. Zegt de foto ook wat? Vertelt de foto het verhaal?

Maar het is nu nog steeds niet dat ik er veel over nadenk. Ik probeer vooral op gevoel te fotograferen. Dan wordt het vaak beter dan wanneer ik er te veel over nadenk. Laatst had ik een interview met het Noordhollands Dagblad. Zij vroegen wat het geheim is achter een goede foto. Ja, wat is het geheim? Er zit geen geheim achter. Het is een gevoel van wat ik denk dat mooi en belangrijk is.”


Had je als kind interesse in fotografie?

“Ik heb wel altijd interesse gehad in wat mijn vader maakte. Mijn vader heeft veel de Tour de France gefotografeerd. Wanneer hij thuiskwam om foto’s te bewerken en niet kon kiezen uit twee beelden, vroeg hij altijd aan mij welke foto ik het mooist vond. Ik koos maar wat. Maar onbewust was ik er wel mee bezig. Het heeft misschien wel een beetje geholpen.

Fotografie was altijd bij ons thuis. Het was vanzelfsprekend dat er een fotocamera in de woonkamer lag. Maar het is niet dat ik uit mijzelf ging fotograferen. Alleen soms op vakantie. Ik baal er wel heel erg van dat ik vroeger niet met hem mee ben geweest. Dat had mij nu wel geholpen denk ik.”


Wat heeft je vader je geleerd?

“Hij helpt af en toe wel maar het zijn kleine dingetjes. Soms geeft hij ideeën over hoe ik de foto anders had kunnen aanpakken. Maar het is niet dat we uitgebreid door mijn foto’s heengaan. Eén van de dingen die hij altijd zegt is: je moet er altijd als eerste zijn en als laatste weg gaan. Dat heb ik wel meegenomen.”


Je hebt dit jaar de eerste prijs gewonnen voor de Zilveren Camera met een foto van gedupeerde ouders en kinderen van de toeslagenaffaire. Wist je gelijk dat het een goede foto was toen je het maakte?

“Deze foto is gemaakt tijdens de mars van de moeders. Ze liepen van Rotterdam stadshuis naar het belastingkantoor, waar staatssecretaris van Huffelen vertelde hoe het afliep met de afwerkingen van de toeslagen. Toen werd het een beetje emotioneel. De kinderen begonnen ineens heel hard te huilen. Het voelde als een heel oprecht moment omdat het vanuit de kinderen kwam. Ik had het gevoel dat op dat moment alles bij elkaar kwam Het was een bijzonder moment, ook als ik mijn camera niet bij me zou hebben.”


Hoe is het om zo’n emotioneel moment te fotograferen?

“Dat is altijd lastig want je komt heel erg in iemand zijn aura. Maar ik heb er verder niet echt een mening over. Tenminste, niet als ik aan het fotograferen ben. Dan ben ik heel erg bezig met de foto zelf. Ik heb dan heel erg de drang om het moment te laten zien.”


Denk je achteraf na een opdracht wel eens: wat een slechte foto?

“Dat heb ik bijna elke dag. Slecht is misschien een groot woord. Maar ik ben nooit echt tevreden. Het kan altijd beter.”


Lukt het je soms wel om tevreden te zijn?

“Ik kan wel steeds vaker over een foto denken: dit is een goede foto. Maar het kan altijd beter. Bij andere fotografen heb ik dat niet. Bij andere kan ik makkelijker denken: goed beeld. Maar bij jezelf is dat lastig. Ik weet namelijk ook wat er niet op de foto staat en wat ik beter had kunnen doen. Maar ik denk dat bijna iedere fotograaf dit heeft.”


Fotografie is een alibi om op plekken te komen waar ik normaal niet kom


Met wat voor lens fotografeer je graag?

“Ik ben niet zo van de telelens. Ik sta liever dicht bij mijn onderwerp. De laatste tijd fotografeer ik veel met een lens tussen de 35mm en 55mm. Ik houd van een wijde foto maar wel met een vol kader.

Eerst fotografeerde ik veel met een 16mm of een 24mm lens. Dan krijg je een nog wijder beeld waarin je alles ziet. Maar dan krijg je als kijker ook het gevoel dat je ver van het onderwerp afstaat. Terwijl bij een foto die geschoten is met een 35mm of een 50mm lens, je als kijker meer het gevoel krijgt dat je er tussenstaat.

Daarnaast wil ik echt voor iemand staan wanneer ik een foto maak. Dat is soms best lastig. Maar als je het op een goed moment en met respect doet hebben mensen het niet eens door. Je moet ook durven. Fotografie is ook best een beetje eng.”


Vind je het nog steeds eng?

“Niet eng maar wel spannend, want je komt in iemand zijn privésfeer te staan. Het is altijd de vraag of iemand dan positief of negatief reageert. Ik wil de persoon ook niet te veel in de weg staan. Het liefst wil ik de foto maken en doorlopen, zonder dat ze in de gaten hebben gehad dat ik ze heb gefotografeerd. Maar ik denk dat dit spannend blijft zolang ik fotograaf ben.”


Zou je voor altijd willen blijven fotograferen?

“De rest van mijn leven. Ik vind het harstikke leuk om te doen. Ik sta overal middenin. Fotografie is voor mij een alibi om op plekken te komen waar je normaal nooit komt. Waarom zou ik naar het malieveld gaan waar boeren protesteren? Waarom zou ik naar de CEO van ABN AMRO gaan? Of naar een toeslagenaffaire demonstratie? Elke dag is anders. Je gaat er heel erg open in het leven door staan. Als ik twee dagen geen opdrachten heb, en ik zit hier thuis, dan denk ik: wat moet ik met mijn leven?”


Kun je van de fotografie leven?

“Gelukkig wel. Maar ik doe er ook veel voor. Als ik geen opdrachten heb voor het ANP of FD, doe ik photoshopwerk voor een boekenverzamelaar.”


Zeg je wel eens nee tegen een opdracht?

“Nee. Fotografie komt op één en daarna komt de rest. Mijn sociale leven is er wel wat minder op geworden. Het is de keuze die je maakt. Soms vind ik het wel eens jammer. Bijvoorbeeld als ze hier bij mij thuis op de bank een film aan te kijken zijn, dan moet ik vaak wat anders doen. Samen eten is ook lastig want ik weet vaak niet hoe laat ik thuis ben. Maar ik wil flexibel inzetbaar zijn. Daarom vragen ze mij ook vaak natuurlijk. Je moet ook een beetje slim zijn.”


Heb je tips voor beginnende fotografen?

“Met motivatie kom je al heel ver dus die moet hoog zijn. Ik denk dat ik ertussen ben gekomen omdat ik het heel graag wilde. Je moet er echt voor gaan en veel op pad gaan. Ergens naar toegaan, ook al vind je het spannend. Of op een onaangenaam tijdstip opstaan. Bekijk ook je foto’s van de vorige maand eens en bedenk hoe je die foto’s beter had kunnen maken.”

Nieuwsgierig geworden naar het werk van Ramon? Neem dan een kijkje op zijn website


Dit is het vijfde interview van de interviewreeks Achter de camera. In Achter de camera praat ik, Karlijn ten Cate, met fotografen over hun vak. In deze interviewreeks ga ik alle vragen die ik als beginnend fotograaf heb, voorleggen aan ervaren fotografen. Hoe gaan ze te werk bij het maken van een foto? Wat inspireert hen? Hoe verdienen ze geld met de fotografie? Kortom: wat gebeurt er achter de camera?

Wil je op de hoogte blijven van de interviews en andere verhalen? Volg mij dan op Instagram.

Vorige
Vorige

Remko de Waal over tien jaar nieuwsfotografie: “Ik zou met niemand willen ruilen”

Volgende
Volgende

Lars van den Brink over schilderen met de tijd